Toelichting op hoofdlijnen
Onroerendezaakbelastingen
De onroerendezaakbelastingen (OZB) zijn algemene heffingen over het op 1 januari van het belastingjaar in eigendom en / of gebruik hebben van onroerende zaken in de gemeente. De opbrengst is bestemd voor de algemene middelen. De werkelijke opbrengst over 2019 wijkt af van de raming. Dit heeft betrekking op de OZB niet-woningen gebruiker onder meer vanwege leegstand en vanwege in verschil in de werkelijke waardestijging en de ingeschatte waardestijging bij bepaling van de OZB tarieven.
Woonforensenbelasting
De woonforensenbelasting wordt geheven voor het ter beschikking houden van woonruimte voor tenminste 90 dagen door personen die niet in de Basisregistratie personen staan ingeschreven. Het betreft hier over het algemeen recreatieparken/tuinhuisjes.
Hondenbelasting
De werkelijke opbrengst hondenbelasting is lager dan de raming 2019.
Precariobelasting
Precariobelasting wordt geheven voor het hebben of houden van zaken op, boven of onder gemeentegrond. Vanaf 1 juli 2016 is precariobelasting opgelegd aan nutsbedrijven voor kabels en leidingen. Vanaf 1 juli 2017 is nieuwe wetgeving van kracht. Vanaf die datum mag geen precariobelasting meer worden geheven op kabels en leidingen van nutsbedrijven. Voor bepaalde situaties is een uitzondering gemaakt, waardoor een aantal gemeenten, waaronder Uithoorn, nog tot en met 2021 precariobelasting mag heffen. Er liepen diverse beroepszaken bij de rechtbank waardoor er onzekerheid was ten aanzien van de reeds ingeboekte inkomsten vanaf 2017, jaarlijks € 1,5 miljoen. In maart 2020 hebben wij bericht ontvangen dat de beroepen allemaal zijn ingetrokken, waardoor het risico kan komen te vervallen. De aanslagen over het jaar 2019 zijn zoals gebruikelijk na afloop van het jaar opgelegd. In deze jaarrekening hebben we deze inkomsten volledig verantwoord. Daarnaast is het risico ten aanzien van de precariobelasting bijgesteld (paragraaf weerstandsvermogen).
Toeristenbelasting
De toeristenbelasting 2019 wordt na afloop van het jaar opgelegd. We hebben de raming 2019 overgenomen als verwachte werkelijke inkomst 2019. Over 2018 is meer opgelegd dan begroot. Aangezien 2018 in 2019 is opgelegd is dit verantwoord in 2019.
Afvalstoffenheffing
De afvalstoffenheffing dient ter bestrijding van de kosten van het inzamelen en verwerken van het huishoudelijk afval. De afvalstoffenheffing is een vast bedrag per woning onafhankelijk van de grootte van het huishouden. Uit de afvalstoffenheffing ontving de gemeente € 220.209 minder dan geraamd, onder andere vanwege leegstand en minder eenheden vanwege de sloop van een flat in de Europarei. Op basis van alle uitgaven en inkomsten binnen het product afval uit de jaarrekening 2019 wordt er een bedrag van € 188.292 onttrokken aan de reserve reiniging.
Rioolheffing
De rioolheffing dient ter dekking van de kosten van het onderhoud, het beheer en de instandhouding van het gemeentelijk rioolstelsel. Het is een gebruikersheffing, waarbij voor gebruikers met een waterverbruik tot en met 500m3 een forfaitair tarief (vooraf bepaald bedrag) geldt. Op basis van de jaarrekening 2019 is er een afwijking in de realisatie ten opzichte van de raming van de rioolheffing van € -56.144. Op basis van alle uitgaven en inkomsten binnen het product riolering uit de jaarrekening 2019 wordt er een bedrag van € 356.798 toegevoegd aan de reserve riolering.
Rechten omgevingsvergunningen
De werkelijke rechten omgevingsvergunning zijn lager dan geraamd.
Algemene rechten
De werkelijke opbrengst algemene rechten is hoger vanwege voornamelijk meer inkomsten voor kabels en leidingen. Dit komt doordat er vanwege economische ontwikkelingen meer vergunningen voor kabels en leidingen zijn aangevraagd door nutsbedrijven.
Grafrechten
De werkelijke opbrengst grafrechten is lager dan de raming 2019 vanwege minder begrafenissen en verlengingen dan ingeschat.
Marktgelden
De werkelijke opbrengst marktgelden is lager dan de raming vanwege minder in gebruik genomen strekkende meter standplaats op het marktterrein.